Materialen en technieken dagen industrieel ontwerpers uit om te komen tot nieuwe vormen en modellen. Tel daar de tijdgeest bij op, en de designgeschiedenis ontvouwt zich voor je ogen. Gek genoeg verdween glas een beetje uit dat blikveld toen het begrip ‘design’ in opkomst kwam. De productie van gebruiksglas verdween snel naar lage-lonenlanden. Het gaf glas als materiaal echter wel de kans zich te manifesteren in bijzondere producten en kunstzinnige installaties.
Het glas dat we dagelijks gebruiken is meestal niet meer ambachtelijk gemaakt. Industriële productie in lage-lonenlanden leidde tot goedkoop en efficiënt gebruiksglas. Praktisch, niet ‘precious’. Maar glas kent nog steeds vele gedaantes: van gloeiend heet tot gestold en sterk, maar ook ragfijn en breekbaar. Het inspireert ontwerpers én kunstenaars tot uniek werk.
Zeg je Nederlands glas, dan denk je aan de glasfabriek in Leerdam, ofwel Royal Leerdam Crystal, opgericht in 1878. Leerdam was van oudsher een plek waar glasserviezen werden vervaardigd, bedoeld voor gebruik door hen die het zich konden veroorloven. Maar al snel wisten kunstenaars als H.P. Berlage (1856-1934) en K.P.C. de Bazel (1869-1923) de fabriek in Leerdam te vinden voor het vervaardigen van hun serviezen en objecten. Kunstzinnigheid stond daarbij hoog in het vaandel, al maakten ze het glas of de vaas niet zelf. Zij leverden het ontwerp en de ambachtsmensen in de fabriek voerden het uit. Het past uitstekend binnen kunstzinnig georiënteerde industriële benadering van Berlage, die hij zelfs liet vastleggen toen Andreas Copier (1901-1991) in 1923 de creatieve leiding kreeg over Leerdam. Dat ‘aesthetisch toezicht op alle glaswerk, dat door de fabriek gemaakt zal worden’ gold met uitzondering van de ontwerpen van speciaal aangezochte kunstenaars, waaronder Berlage en De Bazel. Zij hadden zelf toezicht. Copier werkte al sinds 1914 in de fabriek en had zich langzaam opgewerkt. Glasfabriekdirecteur P.M. Cochius kroonde hem tot wat we nu ‘creative director’ zouden noemen, en Copier bleef tot aan zijn pensioen in 1965 voor de fabriek werken. Hij is zonder twijfel de beroemdste Nederlandse ontwerper van modern sier- en gebruiksglas in de 20e eeuw. Zijn Gildeglas uit 1930 is een archetypisch wijnglas-ontwerp en heeft menig tafel gesierd. Zijn vazen en schalen, waaronder de inmiddels beroemde zogenoemde Copier-vaas met brede ribbels, zijn minstens zo bekend maar zeldzaam en gewild.

Toen in de jaren na de Tweede Wereldoorlog de productie van ons gebruiksglas snel werd overgenomen door lage-lonenlanden in Oost-Europa en later in Azië, kreeg Leerdam een andere functie. Samenwerkingen met kunstenaars zorgden voor unica en bijzonder glaswerk. De glas- en kristalfabriek in Leerdam stopte vorig jaar na ruim honderd jaar te bestaan, de werkzaam- heden zijn nu ondergebracht bij moederbedrijf Royal Delft.
GLASKUNST?
In de designwereld brengen gebruiksglas maar ook meer unieke objecten en bijvoorbeeld lampen sindsdien een gevoel van luxe en ambachtelijkheid. In de wereld van kunst is de term ‘glaskunst’ op zijn minst discutabel te noemen. Matisse Etienne van de gelijknamige galerie in Oisterwijk, waar glas regelmatig als materiaal onderdeel of uitgangspunt is van de vertegenwoordigde kunst, ageert zelfs tegen die benaming. ‘Het draait om de kunst. Het materiaal dat de kunstenaars die wie wij presenteren gebruiken, kan glas zijn; maar we hebben het toch ook niet over bronskunst bijvoorbeeld.’ Rond de term ‘glaskunst’, zo stelt hij, hangt een zweem van het vervaardigen van vazen of schalen.
Die ontwikkeling kun je betreuren of niet, het maakte wellicht ook de weg vrij voor een andere benadering van het materiaal. Etienne ziet dat kunstenaars glas gebruiken op totaal nieuwe manieren. Zo presenteerde zijn galerie tijdens de PAN afgelopen november nieuw werk van de Tsjechische kunstenaar Martin Janecky (1980). Janecky weet realistische menselijke gezichten te vormen uit een bol glas aan de blaaspijp. Hij kreeg het vak van glasblazer met de paplepel mee; al op dertienjarige leeftijd begon hij te werken met glas in de studio van zijn vader in Tsjechië. ‘Hij is een meester in wat hij doet, en wereldwijd een van de beste glaskunstenaars van dit moment’, stelt Etienne. De Oisterwijkse galerie toonde een aantal nieuwe koppen van donker glas tijdens PAN Amsterdam. ‘Wie het werk niet kent, zal niet denken dat het van glas is gemaakt. Ontdek je eenmaal dat het is gevormd vanuit geblazen glas, dan is de verbazing groot.’

Dat geldt ook voor het werk van Peter Bremers (1957), eveneens te zien bij Etienne Gallery. Bremers vangt de haast onwerkelijke schoonheid van de ijsbergen die hij zag op de Noord- en Zuidpool, in transparant en door (dubbele) graaltechniek gelaagd gekleurd glas. Hij blaast, buigt en smelt glas in mallen die hij zelf maakt. Als een beeldhouwer vormt hij het glas naar zijn hand, in sculpturen die bestaan uit metershoge onderdelen. Afzonderlijke delen, gesmolten, gevormd en gepolijst in Europa, gaan overzee waar ze op locatie tot het uiteindelijke beeld worden gelijmd. Steeds weet hij de vierdimensionale ervaringen die hij opdoet tijdens zijn reizen te vangen, de tot in glas gestolde energie is in het werk nog steeds voelbaar aanwezig.

TUSSEN KUNST, AMBACHT EN INDUSTRIE
Ook te zien tijdens PAN Amsterdam bij galerie Jan van Hoof was nieuw werk van Bernard Heesen (1958), vervaardigd in atelier ‘de Oude Horn’, opgericht door zijn vader Willem Heesen (1925-2007), die eveneens glaskunstenaar was.
Heesen onderzoekt de mogelijkheden van het vloeibare glas, en laat zich inspireren door 19e-eeuwse naslagwerken met gravures die smeken om nageblazen te worden. Hij is opgeleid als architect en autodidact in glas. Hij speelt in zijn werk, zo schrijft kunsthistorica Brigitte van der Sande, ‘een ironisch spel met de moderne categorieën van kunst en kitsch, ambacht en industrie, origineel en kopie, unica en serie, verzamelaar en consument, smaak van de elite en smaak van de massa.’ [..]
Verder lezen? Bestel hier de losse editie! Op de hoogte blijven van alle ontwikkelingen op het gebied van design, meld je dan aan voor onze nieuwsbrief of abonneer je op Tableau Magazine!