Categorieën
2022 Stories

Design Dialoog: Marjan van Aubel en Pauline van Dongen

Kleding, tafels maar ook auto’s, gebouwen en zelfs complete steden – alles kan zonne-energie opwekken in de wereld van modeontwerper Pauline van Dongen en productdesigner Marjan van Aubel. Om hun missie kracht bij te zetten organiseren ze dit najaar de eerste Solar Biënnale met kunst, design, technologie, wetenschap en filosofie. ‘De zon is onze grootste inspiratiebron.’

In één uur levert de zon genoeg energie om de hele aarde voor een jaar te voorzien.’ De missie van productontwerper Marjan van Aubel (1985) is helder: dit onbegrensde potentieel van zonne-energie beter benutten. ‘Wij kijken te veel naar beneden naar de aarde, naar olie en gas. We moeten juist omhoog gaan kijken naar de zon.’ De zelfbenoemde solar designer wordt daarin bijgestaan door Pauline van Dongen (1986), een modeontwerper die al meer dan tien jaar zonne-technologie integreert in kleding en textiel: ‘De gesprekken die wél over zonne-energie worden gevoerd, beperken zich meestal tot terugverdientijd en efficiëntie. Dat maakt het voor mensen moeilijk om zich op een persoonlijke of zelfs emotionele manier te verhouden tot zon als een energiebron.’

Precies in die lacune plaatsen deze twee Nederlandse ontwerpers zich. ‘Ontwerpers zijn in staat om die culturele laag aan technologie, in dit geval zonne-energie, toe te voegen, zodat het mensen het begrijpen en zich er verwant mee voelen’, aldus Van Aubel. Een innovatief ontwerp dat zij recentelijk lanceerde is Ra, een collectie van hangende sculpturen met een verfijnd kleurpatroon van zonnecellen. De energie die overdag wordt vergaard is ’s avonds zichtbaar in een geometrisch led papier. De verwijzing van de lichtcollectie Ra naar de gelijknamige Egyptische zonnegod is geen toeval. ‘Net zoals glas-in-loodramen in kerken verhalen uit het verleden vertelden, vertelt deze lamp het verhaal van een post-fossiele toekomst waarin we ons wenden tot de kracht van de zon.’

Ondanks hun gedeelde interesse en ontwerpvisie moesten Van Aubel en Van Dongen naar Sint-Petersburg afreizen om met elkaar kennis te maken. Tijdens een conferentie over de zon spraken zij elkaar drie jaar geleden voor het eerst en onmiddellijk was er een klik, persoonlijk, ook niet onbelangrijk, maar vooral inhoudelijk. ‘Vanaf dat moment noemen we elkaar solar sisters’, aldus Van Aubel. Dat zij productontwerper is en Van Dongen mode en vooral textiel als uitgangspunt heeft, is slechts een detail. ‘Wij geloven allebei in samenwerking met de industrie, wetenschappers en vooral ook andere creatieven.’

Pauline van Dongen, Solar Shirt, 2013 (foto Liselotte Fleur)

TAFELPOOT MET USB

Marjan van Aubel studeerde productontwerp aan de Rietveld Academie en deed daarna een master aan de prestigieuze Royal College of Art in Londen, waar ze in 2012 afstudeerde met solar glassware. In 2015 maakte ze de Current Table, een ingenieuze tafel met een glazen blad waarin zonnepanelen waren verwerkt. In de tafelpoot zat een usb-poort waarmee een smartphone kon worden opgeladen. In 2017 wordt ze door de organisatie van de prestigieuze kunstbeurs Art Basel/ Design Miami verkozen tot ‘Designer of the Future’. Voor de hoofdsponsor en kristalfabrikant Swarovski mag ze als prijs de Cyanometer ontwikkelen. Dit is een draagbaar kristal met een zonnecel erin. Het kristal laadt zich overdag in de zon op en levert stroom aan een lamp die bestaat uit drie grote cirkels die een blauwachtig licht afgeven. Een ‘cyanometer’ is eigenlijk een instrument om het blauw van de lucht te meten.

Pauline van Dongen ontwikkelt sinds haar afstuderen aan de modeafdeling van ArtEZ University of the Arts in Arnhem in 2021 ‘smart textiles’, slimme stoffen en toepassingen waarin technologie is geïntegreerd. In 2013 breekt zij door met Wearable Solar, jurken die door middel van zonnepanelen een telefoon op kunnen laden. Aansluitend ontwikkelt ze Issho, een stoere jas voorzien van diverse sensoren die reageren op aanraking. Deze sensoren zetten vervolgens de aanraking om in subtiele strelingen over de rug met bewegende onderdelen die in schouder- en rugpartij van de jas zijn ingenaaid. Van Dongen: ‘Ik zoek naar manieren waarop kleding intieme en daarmee ook nieuwe waarde voor ons kan hebben. En niet alleen tussen jezelf en jouw kleding, maar ook met elkaar of met de natuur.’

Om zich te verdiepen deed Van Dongen vier jaar promotie- onderzoek aan de TU Eindhoven naar ‘wearable technology & smart textiles’, dat ze afrondde in 2019. Tegelijkertijd ontwikkelde zij een innovatief textiel waarin flexibele zonnestrips zijn verweven. Door de flexibiliteit en plooibaarheid biedt dit energieopwekkende textiel tal van nieuwe toepassingen, waaronder tenten, luifels, gordijnen en zelfs gevelarchitectuur.

Verder lezen? Bestel hier de losse editie van Tableau Magazine!

Categorieën
2021 Stories

Walter Van Beirendonck en Maarten Baas in Design Dialoog

‘Ik was al fan van Walter tijdens mijn studietijd aan de Design Academy’, zegt ontwerper Maarten Baas over modeontwerper Walter Van Beirendonck. ‘Hij heeft een zeer eigenzinnige stijl met herkenbare en toch diverse collecties. Het is gedurfd én subtiel. Zijn werk is ook expressiever dan dat van mij. Ik ben meer van de suggestie.’ Het respect is wederzijds.

k ben ook fan van u, Maarten. Niet voor niets hebben wij jarenlang uw Clay meubels verkocht in onze winkel in Antwerpen. Voor onze andere winkel hebt gij een reeks kledingrekken gemaakt, ook in een Clay uitvoering in vrolijke kleuren. Dat werk is zo krachtig en oorspronkelijk.’ Naast respect zal er ook herkenning zijn. Van Beirendonck zette de modewereld in de jaren 90 op zijn kop met expres- sieve collecties die even makkelijk verwijzen naar literatuur en etnische folklore als naar seksspeeltjes en aliens. Hij was het die in de jaren 90 sportkleding naar de catwalk bracht. Nu kie- zen hiphopsterren die het trainingspak ontgroeid zijn voor zijn creaties, zoals Young Thug en Niki Minaj. Net zo makkelijk kleedt hij de vuilnisdienst van Antwerpen trouwens.
Ook Maarten Baas zette gangbare conventies over verantwoord design op scherp met collecties als Smoke (verbrande meubels) en Clay Furniture (meubels gekneed van kinderklei). Zijn bekendste werk is Real Time, een serie klokken die bestaat uit filmpjes waarin straatvegers, ramenlappers en kantoorklerken in een eindeloze herhaling klokwijzers voortbewegen. Meer nog dan klok zijn ze een geregisseerde installatie die het verstrijken van tijd letterlijk zichtbaar maakt.

Walter Van Beirendonck
Walter Van Beirendonck, Spring-Summer-2020. Courtesy Walter Van Beirendonck

HELL’S ANGEL

Minstens zo groot als de artistieke overeenkomsten zijn de uiterlijke verschillen. De 64-jarige Van Beirendonck oogt als een modebewuste Hell’s Angel met stekels en woeste baard; aan elke vinger zit een robuuste zilveren ring. Hij draagt een fluorescerend jack met daaronder een stoere spijkerbroek en extravagante gympen. Een outfit die – net als zijn creaties – extravert, vrolijk en ietwat lawaaierig is. De jarige Baas is meer de schuchtere kunstenaar in donkere, ingetogen kleding; een frivool hoedje is zijn enige uitspatting.

De aanleiding voor de conversatie tussen deze Vlaamse modekoning en de hofnar van het Dutch design is Characters, een speciale editie die Van Beirendonck maakte van de 101 Chair die Maarten Baas in 2016 ontwierp voor meubelfabrikant Lensvelt. In een editie van 120 unieke exemplaren heeft Van Beirendonck deze stoelen aangekleed in vrolijk gekleurde stoffen waarop mondjes zijn geborduurd – van pruillipjes tot een samengeperste spleet of een brede grijs. Op de rugleuning zit een pruikje. Het zijn hun gezamenlijke liefdesbaby’s. ‘Het idee om de stoelen uit te vergroten tot karakters kwam vrijwel meteen. En dan weet je dat het een goed idee is’,vertelt Van Beirendonck. ‘De stoelen van Maarten hadden al een uitgesproken identiteit met die twee knopen die eruitzien als ogen en telkens andere rugleuningen. Dat hoefde ik alleen uit te vergroten in mijn stijl met felle fellere kleuren en nou ja, echt fantasie figuurtjes. Natuurlijk heb ik moeten zoeken naar
de juiste dosering. Hoever wil ik gaan met het aankleden van de stoelen. Er moet nog wel te raden zijn in het karakter van de figuurtjes.’
Net als de modecollecties van Van Beirendonck is ook dit uitstapje naar meubelontwerp verhalend en dicht op de tijdgeest. ‘Diversiteit is een belangrijk thema nu. Dat je goed bent zoals je bent. Daarom zijn er gele en zwarte stoelen en alles ertussen. Jong en oud. We moeten deze verschillen juist vieren, niet wegstoppen. Op de armleuningen staan woorden als Love en Hold. Dat hebben we nodig, vooral nu. En tegelijkertijd laten deze stoelen ook de waarde van exclusiviteit zien. Dat de voorwerpen waarmee wij ons omringen een unieke persoonlijkheid hebben, een ziel eigenlijk.’

Maarten Baas, Second Nature – Water, UNSEEN 2021 installation shot
(foto Almicheal Fraay)

GIMMICKS

Exclusiviteit neemt inderdaad een belangrijke plaats in het oeuvre van beide ontwerpers in. ‘Mijn werk oogt impulsief en speels maar is van superieure kwaliteit’, zegt Van Beirendonck. ‘De materialen zijn hoogwaardig en tot in het kleinste detail ragfijn afgewerkt. Tegelijkertijd moet het ook niet zo zijn dat je omver wordt geblazen omdat het zo kunstig is. Dan zie je juist de achterliggende boodschap of de humor niet meer.’ Baas: ‘Exact. Ik herken dat bij de materialen die Walter gebruikt. Die zien er soms glanzend uit, als sportkleding. Maar dan glanst het precies goed. Niet te veel, niet te weinig. Of iets heel goed is gemaakt, daarin zit het verschil tussen een geslaagd pro- duct en gimmicks. De Clay collectie ziet er bijvoorbeeld uit alsof ik op een middag lekker ben gaan kleien. Maar daar zitten echt honderden keren proberen, mislukken en weer opnieuw doen in. Want als je het echt snel afraffelt, dan zie je dat.’ Nu is meer dan ooit behoefte aan dit vakmanschap, daarover zijn de mannen het eens. Van Beirendonck: ‘Juist omdat er zoveel massaproductie is. En ook omdat we zo veel online zijn. Ik zit denk ik nog iets dichter op het maakproces dan Maarten. Ik maak al mijn ontwerper eerst helemaal zelf met de hand. Ook ga ik zelf al mijn stoffenleveranciers en fabrikanten langs.’ Baas knikt. ‘Ook ik wil niet te veel afhankelijk zijn van anderen bij wat kan en niet kan. Daarom heb ik een uitgebreid productieteam en een eigen werkplaats waar we bijna alles zelf doen. Dat is voor mij een wezenlijk onderdeel van mijn creatieve vrijheid. Maar ook om de kwaliteit te waarborgen. Op deze manier weet ik zeker dat het maximale uit een materiaal of productietechniek is gehaald.’

OUTSIDERS

Wat ze delen is een gevoel voor absurde humor. Ze ontregelen graag en hebben lak aan conventies. Maar noem ze geen provocateurs. ‘Ik snap wel dat mensen dat zeggen, hoor. Maar nee, een provocateur? Zeker niet’, reageert Van Beirendonck. ‘Mijn ontwerpen komen heel spontaan tot stand, uit mijn eigen fascinatie. Ik vind ze dan ook niet absurd. Ze zijn geworteld in de realiteit. Ze zijn anders maar ook heel gewoon. Je wilt als createur ook grenzen verleggen. […]’

Verder lezen? Bestel hier de losse editie! Op de hoogte blijven van alle ontwikkelingen op het gebied van design, meld je dan aan voor onze nieuwsbrief of abonneer je op Tableau Magazine!