Unseen is uitgegroeid tot dé Nederlandse fotohappening van het jaar waar de (inter)nationale fotografiecommunity elkaar ontmoet. Behalve bij verzamelaars en professionals is de beurs geliefd bij het jonge publiek vanwege de aandacht voor onontdekt fotografietalent.
Tableau sprak met drie exposerende kunstenaars: Koen Hauser, Kevin Osepa en Joana Choumali, die ieder op eigen wijze het medium fotografie inzetten. Hoe komen hun beelden tot stand? En welke rol speelt moderne technologie?
Koen Hauser
Koen Hauser (NL, 1972) roept met zijn werk de suggestie op van een realiteit die naast het hier en nu bestaat. Dat is bijvoorbeeld het geval bij de bekende foto van de ‘anatomische les’ waarin actrice Georgina Verbaan figureert (affiche Museum Boerhaave), maar het geldt ook voor de beelden die The Ravestijn Gallery tijdens Unseen toont. Deze foto’s uit de serie Skulptura-geïnspireerd door manshoge biomorfe sculpturen-zijn veelal lifesize afgedrukt, waardoor het net is alsof je door een beeldengalerij loopt.
De afgebeelde sculpturen zul je echter niet aantreffen in een museum of galerie. Ze zijn ontstaan uit de fantasie van Hauser. Beroemde sculpturen en couturestukken vormen het vertrekpunt, met de computer bewerkt Hauser ze tot nieuwe beelden. Aanleiding voor de Skulptura serie was de campagne die Hauser voor PAN Amsterdam 2017 maakte. Toen gebruikte hij voor het eerst de techniek van 3D scannen in combinatie met computergraphics. Met een mobiele 3D scanner werden beelden en objecten rondom gescand. Daarna bouwde hij ze in de computer tot virtuele vormen.

Vormonderzoek
Hauser zette deze 3D-techniek ook in voor het Skulptura-project. ‘In Skulptura werk ik vanuit mijn fascinatie voor oude reproducties van sculpturen. Een foto van een sculptuur is in feite een paradox, omdat het een tweedimensionale weergave is van een driedimensionaal object, waarin ook de tijd een rol speelt in de beleving van het kunstwerk. De sculpturen zitten als het ware opgesloten in een tweedimensionaal vlak. In mijn werkproces onderzoek ik dit spanningsveld, enerzijds door driedimensionale sculpturen te tonen in een plat vlak en anderzijds door de textuur en kleur te bewerken waardoor ze uit een ander tijdvak lijken te komen.’
Zo gebruikte Hauser de 3D techniek om een afgietsel van Rodin’s mannelijk naakt L’ Âge d’airain in het Gemeentemuseum Den Haag te scannen. Deze techniek maakt het mogelijk om de vorm van de sculptuur in de computer te onderzoeken en vervolgens te bewerken. Tijdschriftknipsels van het bronzen beeld van Rodin en van medische fotografie waardoor Hauser gefascineerd is, nestelden zich jarenlang in zijn hoofd en inspireerden hem tot een nieuwe versie van het beeld, voorzien van bulten op het naakte lichaam.
Er zijn oneindig veel manieren waarop Hauser tot zijn Skulptura-beelden komt. ‘Soms klei ik een foto, dan weer fotografeer ik een sculptuur. Soms gebruik ik de 3D-scanner om een sculptuur tweedimensionaal weer te geven, of andersom fotografeer ik een uitgeknipte reproductie, die ik in de computer bewerk. Het onderzoeken, experimenteren en proberen op alle mogelijke manieren maakt het voor mij interessant.’
Soms ook fotografeert Hauser een model, zoals hij gewend is voor zijn opdrachtwerk voor modebladen. Zo deed Hauser een fotoshoot met een model in een trouwjurk ontworpen door Vivienne Westwood. Deze foto bewerkte hij, zodat alleen de jurk overbleef en vervolgens bewerkte hij textuur en kleur waardoor het een archeologische vondst lijkt.
Esthetiek en filosofie
‘Je zou me op het eerste gezicht een illusionist kunnen noemen, omdat ik de werkelijkheid naar mijn hand zet en mijn ingrepen in de meeste fotobeelden niet meer terug te vinden zijn. Maar ik noem mezelf liever een alchemist, omdat ik vorm en materie onderzoek, bewerk en presenteer, waarbij ook betekenissen op psychologisch, theoretisch en metafysisch vlak ontstaan. Ik verbind het esthetische aan het filosofische.’
Met zijn liefde voor print en voor de oude beeldtaal put Hauser graag uit zijn knipselarchief, dat hij sinds 2002 bijhoudt. ‘Intertextualiteit is een belangrijk aspect, in mijn werk zitten veel verwijzingen naar ander werk verscholen.’ Juist de onderlinge samenhang, verwijzingen en referenties geven de verschillende fotobeelden binnen het project hun betekenis. Hauser presenteert op Unseen een artist book waarin referentiemateriaal uit zijn archief samenkomt met de fotobeelden Skulptura. Hauser voelt zich het meest verwant met de modernisten, vanuit een geloof in een zoektocht naar diepere universele waarheid. ’Vorm, kleur, materiaal en spiritualiteit zijn voor mij de basiselementen. In die zin is iemand als Kandinsky een inspiratiebron voor mij. Mijn werk lijkt zich steeds meer te ontworstelen aan de vorm. Wie weet hoe abstract ik nog ga werken.’
Kevin Osepa
Afgelopen zomer volgde Kevin Osepa (Curaçao, 1994) samen met vier andere jonge finalisten van de ING Talent Award een coachingstraject onder leiding van Adam Broomberg, waarvan de resultaten te zien zijn op Unseen en worden opgenomen in de ING kunstcollectie.
Osepa kwam in 2012 vanuit Curaçao naar Nederland om te gaan studeren aan de Hogeschool voor de Kunsten (HKU) in Utrecht. ‘Al jong wist ik dat ik wat met kunst wilde gaan doen.’ Docenten stimuleerden hem een portfolio te maken om toelating te doen aan de kunstacademie. Hierin zaten onder meer foto’s van de stillevens die hij intuïtief bouwde in het landschap, met spullen die hij ter plekke vond.
Osepa had een goede tijd aan de HKU. Toch moest hij ook wennen aan de nuchterheid die hij ervoer in Nederland. Hij miste de magie en de spiritualiteit van zijn geboorteland. En zijn familie. Hij moest wennen aan de manier van communiceren en ja, ook aan het weer. Ook maakte hij voor het eerst in zijn leven racisme mee. ‘Toen ik met kerst terug ging naar Curaçao vond ik alles daar 1000 keer mooier. Ik vind het gemis van Curaçao op dit moment wel fijn, want dan zie ik daar dingen die ik anders niet zou zien.’

Make it Blue
Tijdens zijn studie begon Osepa als onderzoeksproject stillevens te bouwen en Brua rituelen uit te voeren in het Nederlandse landschap. Dat leverde vervreemdende taferelen op. ‘Brua is een soort superreligie, ontstaan in de postkoloniale tijd; het is een mix van Afro-Caribische en rooms-katholieke rituelen.’ Osepa voerde beschermingsrituelen uit met blauwsel. De blauwe blokjes kent hij uit zijn jeugd, maar niet om de was witter te maken. ‘Het lapis lazuli blauw is zo sterk dat het kwaad van het boze oog zou absorberen.’ ‘Mijn afstudeerproject Mester Blousé (Make it Blue) gaat over mij en mijn familie, maar het is verbonden met de grotere thematiek van de identiteit van Afro-Caribische jongeren, net als het Barbershop-project waar ik nu met het coachingstraject van de Talent Award aan werk.’
Om de drie weken bezoekt Osepa zijn barbershop in de Utrechtse wijk Zuilen, waar veel zwarte mannen van Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse origine komen. ‘Voor mij is het een vast ritueel om mijn baard te laten verzorgen en de zijkanten van mijn hoofd te laten scheren. Behalve dat het een plek is voor haarverzorging, is het een plek waar mannen samenkomen en praten over voetbal, nieuws en levensgebeurtenissen. In een gemeenschap waar zwarte mannen regelmatig te maken krijgen met racisme, is het een van de weinige plekken waar ze zich thuis en veilig kunnen voelen. Waar ze zichzelf kunnen zijn en waar ze zich kunnen uiten.`
`Tegelijkertijd heerst er ook een machocultuur en soms een homofobe cultuur. Ik vind het belangrijk dat iedereen zich er thuis kan voelen. Ik overweeg om een tijdje als vrijwilliger bij een barbershop te gaan werken om research te doen voor mijn project. Als zwarte, homoseksuele kunstenaar hoop ik op solidariteit voor mijn onderzoek.’ Net als in Mester Blousé zal Osepa vanuit een verhaallijn beelden creëren en ensceneren om thema’s die onzichtbaar zijn zichtbaar te maken. ‘Ik wil onder meer stillevens bouwen met wat ik daar vind, maar sta ook open voor wat ik ga tegenkomen.’
Osepa fotografeert analoog sinds hij op zijn 15e zijn eerste spiegelreflexcamera kreeg. ‘Op dit moment werk ik graag op de meest pure manier. Ik vind het mooi dat er letterlijk licht op de film valt. Ik zoek de oorsprong van de dingen. Het gebruik van film is ook symbolisch en heeft een ondertoon van nostalgie en heimwee.’ Vroeger had Osepa het idee dat fotografie vooral draaide om mooie plaatjes en goede techniek. Tijdens zijn studie aan de HKU ontdekte hij hoe je visueel verhalen kunt vertellen. ‘Ik ben verliefd geworden op storytelling met beeld.’
Joana Choumali
Galerie 1957 uit Ghana toont op Unseen de kleurrijke fotoserie Alba’Hian / De dageraad van Joana Choumali (Ivoorkust, 1974). Het is een mixed media project, waarbij ze haar foto’s afdrukt op canvas en combineert met fotocollage, goudverf, borduurwerk en patchwork. Choumali maakte de foto’s tijdens haar dagelijkse ochtendwandelingen. ‘Het eerste ochtendlicht symboliseert in bijna elke cultuur de hoop op een nieuw begin.’ Het fotowerk van Choumali gaat over haar persoonlijke observaties en ervaringen; over het verkennen van haar buitenwereld en haar binnenwereld. Choumali studeerde grafisch ontwerp in Casablanca en begon daar ook te fotograferen.

Sinds meer dan een jaar staat Choumali ’s ochtends om vijf uur op om te gaan wandelen. ‘Terwijl het licht opkomt, mediteer ik en laat de dromen en herinneringen samensmelten met de werkelijkheid. Terwijl ik de sensaties en sferen binnen laat komen, fotografeer ik het (stedelijk) landschap met mijn camera. Vervolgens fotografeer ik met mijn iPhone mensen die ik op straat tegenkom. Deze mensen druk ik later af op canvas, knip ze uit en naai ze met de hand op de afbeelding. Daarna schilder ik details met goud- of zilververf. Ook gebruik ik gekleurde tule en doorzichtige stof om de kleuren van de zonsopgang in de lucht na te bootsen door ze laag voor laag op de afbeelding te naaien. Delen van het landschap borduur ik, er komen lagen mousselinedoek op de foto`s. Op deze manier vertaal ik mijn waarneming en beleving. Het is een traag proces. Het duurt enkele maanden om één stuk te voltooien.’
Choumali maakt beeldend werk om gevoelens, gedachten, ervaringen op te roepen en uit te drukken. ‘Bijna als een therapie. Als ik mijn indrukken visueel kan vertalen, voel ik me goed. […] Ik zoek graag de grenzen van de fotografie op en verken nieuwe manieren om het medium op een persoonlijke, intieme manier in te zetten.’ Choumali houdt van het meditatieve van borduren. ‘Ik voel me aangetrokken tot het idee om veel tijd te spenderen aan een foto, die in een fractie van een seconde is genomen, maar waarvoor het wekenlang heeft gekost om gedachten en gevoelens te “downloaden”. In haar werk staan de talloze culturen om haar heen centraal, zowel in Ivoorkust als in de andere landen van het Afrikaanse continent. ‘Ik focus op wat ons mens maakt, ongeacht ras, sekse of sociale status.’
De drie kunstenaar-fotografen maken duidelijk dat het in deze tijd waarin iedereen fotograaf is noodzakelijk is om je enerzijds te onderscheiden met het idee achter de foto en anderzijds met de visuele esthetiek. De ‘alchemist’ Hauser zet fotografie in om zijn eigen ‘nostalgisch-futuristische’ beelden te scheppen met behulp van computergraphics. Osepa zet analoge fotografie in voor zijn antropologisch onderzoek. En Choumali zet haar fotografie in als uiting van humaniteit en combineert het met mixed media waarmee ze haar foto’s een poëtische en persoonlijke lading geeft. Op deze manier verkennen ze hun eigen creativiteit en de grenzen van het medium.
Unseen
Westergasterrein Amsterdam, 20 t/m 22 september 2019
https://amsterdam.unseenplatform.com/event