Categorieën
2019 Stories Verzamelen

Global Art

Lees het artikel in Tableau magazine, met veel meer beeldmateriaal. 

Kunstgeschiedenis als westerse wetenschap 

Van Deursen verbaasde zich tijdens haar studie kunstgeschiedenis al over het feit dat deze zich vooral op de westerse beschaving concentreerde en grote delen van de wereld buiten beschouwing liet. Zelf reisde Van Deursen veel door Afrika en ze bezocht dan altijd ook lokale kunstenaars, met name in de steden. Ze besloot het anders te doen en introduceerde een nieuw vak op verschillende kunstacademies: Global Art, met vooral aandacht voor Afrika. En ze nam studenten mee naar Mali, Marokko en Rwanda voor culturele uitwisselingen. 

Van Deursen: `Er is een enorme beweging in de afgelopen tien jaar dat de kunstwereld steeds inclusiever wordt, minder eurocentrisch. Er gebeurt heel veel, maar in de westerse wereld hebben veel mensen nog geen clou van hoe het op het Afrikaanse continent is. De steden zijn enorm groot en in sommige opzichten is de samenleving moderner dan hier. Ik merkte dat in Europa een stereotype beeld was van hedendaagse Afrikaanse kunst, dat wilde ik doorbreken. En ik merkte ook dat men in Ethiopië geen idee had van wat er in Mali gebeurde en andersom.` Ze begon de website UrbanAfricans.com, waar ze informatie over kunstenaars verzamelt, met interviews en reportages. Ze organiseert reizen naar Afrikaanse steden en naar de biënnales van Dakar en Kampala en naar Nairobi. Daarnaast maakt ze tentoonstellingen, schrijft en geeft lezingen. Om aandacht te krijgen voor kunst van het Afrikaanse continent en om te proberen de kunstgeschiedenis inclusief te maken. En bovenal om maatschappijkritische kunstenaars een stem te geven en daarmee de wereld te verbeteren.  

`Kunstgeschiedenis is een westerse wetenschap`, licht Van Deursen toe, `muziekgeschiedenis bijvoorbeeld kijkt al veel langer buiten Europa, maar het westerse perspectief in de kunst is een hardnekkig concept.` Ook in de meeste Afrikaanse landen wordt vanuit dit perspectief lesgegeven, omdat de academies tijdens de kolonisatie zijn opgericht. Het boek A world history of Art van Honour en Flemming was net als in Nederland de belangrijkste bron, met Picasso en Van Gogh als grote voorbeelden. Slechts enkele docenten keken verder, of liever dichterbij naar de lokale cultuur in eigen land. Het kunstonderwijs is meestal ook traditioneel westers, met veel stillevens en modelstudies. De oudere generatie kunstenaars die nu lesgeeft op de academies werkt in de modernistische traditie. Maar dat zal veranderen. De jonge generatie kunstenaars maakt zich na het verlaten van de academie snel los van de geleerde conventies. Hun werk breekt met de modernistische traditie, het is actueel, eigentijds en heel divers. Het werk is vanzelfsprekend niet onder een noemer te vangen: het Afrikaanse continent is heel groot en telt wel 54 landen. Bovendien reizen veel kunstenaars de hele wereld over voor workshops, beurzen en exposities.
 

John Kamicha
John Kamicha, Last supper, collage, 2014

The global discourse 

In de tijd dat Van Deursen actief is op het Afrikaanse continent, is er veel meer aandacht gekomen voor hedendaagse kunst uit Afrika. Het wordt meer gezien en krijgt steeds meer een plek in het discours. Er is een hele grote kunstbeurs in London, 1-54-genoemd naar de 54 landen die het continent telt-die sinds 2013 bestaat en voor de tweede keer een uitbreiding heeft naar New York en naar Marrakesh. Op deze beurs komen galeries uit de hele wereld, inclusief het Afrikaanse continent. Parijs heeft als antwoord op de 1-54 sinds een paar jaar the Also Known As African Art Fair (AKAA), met kunstenaars en galeries uit de hele wereld. Naast deze specifieke beurzen, is hedendaagse kunst uit Afrika steeds meer onderdeel van reguliere beurzen en galeries en langzamerhand ook in musea, wereldwijd.  

Belangrijker misschien nog: op het continent zelf is er steeds meer belangstelling en erkenning voor hedendaagse kunst. Daar groeit het aantal galeries, ateliers en biënnales gestaag. De Dak`Art biënnale bestaat al sinds 1990. In Oost Afrika is er sinds vier jaar de Kab, Kampala Art Biennale en dit jaar komt er ook een biënnale in Congo. Ghana is dit jaar voor het eerst aanwezig met een eigen paviljoen op de Biënnale van Venetië. Van Deursen ziet ook een jonge generatie kunstcritici opkomen, dat bestond eigenlijk nog niet. En in New York werd onlangs de Nigeriaanse curator Ugochukwu-Smooth C. Nzewi aangenomen in het MOMA waar hij medeverantwoordelijk wordt voor aankopen, exposities en catalogi. 

De middenklasse op het continent zelf begint interesse te tonen en werk te kopen. Voor de kunstenaars wordt het daardoor iets gemakkelijker hun beroep uit te oefenen. Veel kunstenaars, net als de Keniaanse John Kamicha, maken commerciële kunst en meer conceptueel werk. De commerciële kunst is traditioneler en gericht op toeristen, dat wat mensen verwachten van Afrikaanse kunst: mooie plaatjes met Masai, zonsondergang en olifanten. Kamicha maakt het wel, maar op een minder romantische manier, bijvoorbeeld met hyena`s en muggen in plaats van olifanten. Tyna Adebowale gaat goed, haar werk is op Art Rotterdam verkocht aan de beroemde collectioneur, Valeria Napoleone, die alleen vrouwelijke kunstenaars verzamelt. En Ephrem Solomon Tegegn is ook succesvol. In Ethiopië wordt zijn werk niet verkocht, maar hij heeft een galerie in Londen en zijn werk is aangekocht door Saatchi.  

Van Deursen: `Hedendaagse Afrikaanse kunst groeit en dat is geweldig om te zien. Mijn werk is klaar als hedendaagse Afrikaanse kunst niet meer als buitenbeentje wordt beschouwd maar gewoon bij de kunsten hoort. Wanneer kunstgeschiedenis inclusief is geworden en de kunstwereld helemaal global en equal!`  Uiteindelijk is waar iemand vandaan komt niet waar het om gaat. Sommige curatoren laten alle toelichting weg, zodat je zonder vooroordeel kunt kijken. Maar Van Deursen vindt een beetje toelichting wel prettig. `Vooral op de inhoudelijke thema`s, niet zozeer de persoonlijke achtergrond maar wat iemand inspireert. Waar komen zijn/haar ideeën vandaan. Als je die context kent begrijp je het werk beter.` 

Lees het artikel in Tableau magazine, met veel meer beeldmateriaal. 

,

Lees het artikel in Tableau magazine, met veel meer beeldmateriaal. 

Radicaal 

Wat Van Deursen in deze kunstenaars bewondert is de drive om door te gaan, om onder soms heel moeilijke omstandigheden kunst te blijven maken en daarmee hun kritiek op de maatschappij uit te dragen. Ze zijn niet bang om aan te vallen, om aannames en conventies in twijfel te trekken. De kunstenaars die nu in opkomst zijn, zijn sterke persoonlijkheden die anders durven zijn, die soms zelfs hun eigen veiligheid riskeren met hun werk. Idealistisch als ze is selecteerde Van Deursen de meest radicale kunstenaars voor de expositie Free Radicals die ze onlangs in CBK Zuidoost in Amsterdam maakte. `Ik denk echt dat als deze kunstenaars een platform krijgen met hun maatschappijkritische boodschap, dat de wereld daar mooier van kan worden.`  
 
Free Radicals, een expositie die ze samen met curator Renske de Jong maakte, liet werk zien van vier kunstenaars uit Nederland en vier uit Afrika. `Omdat we niet de Afrikaanse kunst los willen koppelen van de hedendaagse kunst. Het gaat juist samen`. Allemaal hebben ze een radicale werkwijze en een maatschappijkritische boodschap. Ze reageren op disharmonie en onbalans in de huidige samenleving. Misschien is dat wel meer wat hen bindt dan hun geografische-culturele achtergrond. Zoals bij alle kunstenaars het geval is, reflecteert het werk de context waarin het gemaakt is. Alleen zijn de omstandigheden waarin gewerkt vaak uitzonderlijk. Er is in sommige gevallen onderdrukking en armoede. En vrijheid van meningsuiting is niet overal in Afrika vanzelfsprekend. Dat zie je terug in het werk van deze kunstenaars. 

John Kamicha
John Kamicha, 100 soldiers series #1, #2, #3 gemengde technieken op krantenpapier, 2014-2018.

 

Kunst moet vragen stellen 

Het werk van John Kamicha uit Kenia bijvoorbeeld, gaat over corruptie en de hypocrisie van Kenianen ten opzichte van religie, prostitutie, sex en criminaliteit. Hij reageert onder andere op de rol van het christendom in Nairobi, dat naar zijn mening teveel wordt opgedrongen. Overal in de stad kom je religieuze teksten tegen. Op straat worden veel posters verkocht, met popsterren maar ook met bijbelteksten. Kamicha heeft uit bestaande posters, nieuwe collages gemaakt met Jezus in de hoofdrol. Hij stelt daarin vragen over hoe Jezus wordt afgebeeld, waarom had hij twaalf mannen om zich heen, was hij gay? Waarom is hij blank en waarom lijkt het alsof hij lipstick op heeft? Na een expositie van zijn werk in Nairobi moest hij onderduiken om aan de boosheid van de christelijke gemeenschap te ontkomen. Zelfs collega kunstenaars vonden dat hij te ver ging; van religie blijf je af. Maar voor Kamicha is vragen stellen juist een van de doelen van kunst. `I want to experiment and do research about what happens in Kenyan society. That’s what art is about for me: questioning things, it`s not about adopting a style. I want to wake people up. Why keep quiet and pretend and act ignorantly?`  

In een andere serie werken geeft Kamicha onbekende soldaten die tijdens proxyoorlogen zijn omgekomen een gezicht in een reeks portretten. In de nationale archieven vond Kamicha foto`s van de soldaten en maakt van elk van hen een werk. Hij schildert  op krantenpapier, zodat hij ook fragmenten uit de tekst als een commentaar op kan nemen in het werk.  

Ephrem Solomon Tegegn
Ephrem Solomon Tegegn, Signature Series & Silence Series, houtsneden met collages en gemengde technieken 2015-2018

De Ethiopische kunstenaar Ephrem Solomon Tegegn gebruikt om dezelfde reden krantenknipsels in zijn werk. Zijn houtsnedes zijn krachtige, donkere portretten, met veel nadruk op verschillende gezichtsuitdrukkingen. Het zijn gewone mensen die hij op straat heeft gezien of ontmoet. Allemaal staan ze centraal in beeld, voor Solomon Tegegn een verwijzing naar het nu, dat is waar het leven zich afspeelt. Niet gisteren of morgen, maar nu. De achtergrond is gevuld met politieke opschriften en fragmenten uit kranten, vaak in een zich herhalend patroon. Het werk is een reactie op de onderdrukking in Ethiopië, waar geen vrijheid van meningsuiting is, al lijkt daar nu onder een nieuw bewind geleidelijk verandering in te komen. Solomon Tegegn had een expositie in London en sprak zich daar scherp uit over het bewind in Ethiopië. Toen hij weer thuiskwam stond de politie op de stoep en werd hij opgepakt. Hij zat een week vast. Daarna is zijn werk minder expliciet geworden. Hij heeft zijn commentaar nu een beetje verstopt, maar je ziet op alle portretten die hij maakt dat de mensen niet blij zijn. Hun blik is vermoeid. Er zitten nog steeds propaganda teksten in, maar dan van een eerder regime.  

Stacey Gillian Abe en Tyna Adebowale

Stacey Gillian Abe uit Oeganda worstelt met de verwachtingen die de traditionele samenleving daar van haar heeft. Ze is 28, tijd om te trouwen en een gezin te stichten. Maar zij wil een ander leven, als kunstenaar. Ze wil reizen en met haar werk onderwerpen aansnijden die in de Oegandese samenleving taboe zijn. Moet ze nu kiezen voor de traditie van Oeganda omdat ze anders haar familie kwijtraakt, of haar eigen visie volgen? Het dilemma wordt steeds ingewikkelder omdat ze steeds meer van de wereld heeft gezien. Het verschil tussen haar leven in de internationale kunstwereld en in het leven thuis wordt steeds groter. In haar werk geeft ze commentaar op de positie van de vrouw in Oeganda. De foto’s die ze van haar performances maakt lijken op klassieke figuurstukken, maar zijn confronterend in de beeldtaal. Ze figureert zelf in traditionele kleding en in huiselijke setting, staand naast een stoel die bekleed is met vagina’s in verschillende kleuren en vormen. Gillian Abe: ‘People tend to objectify women in Ugandan society. Men look at us like we are sweets, but we are all unique and different.’ 

Stacey Gillian Abe
Stacey Gillian Abe, Seat of Honour, 2017, UV Digitale print op Dibond

De positie van de vrouw speelt ook een rol in het werk van Tyna Adebowale, die opgroeide in Nigeria en net een werkperiode aan de Rijksakademie heeft afgerond. Ze maakt grote schilderijen in zwart wit die vaak met een hallucinerend patroon gevuld zijn. Op grote doeken schildert ze met zwarte verf zelfportretten. Een dicht patroon van cirkels, lijnen en driehoeken vult de lichamen op, en soms ook de achtergrond. Vaak beeldt ze zichzelf af met voorwerpen die verwijzen naar betere tijden. Traditioneel was er in Nigeria een matriachale samenleving. Er was een leger dat uit vrouwen bestond, vrouwen konden met elkaar trouwen en er was een plek voor homo`s in de gemeenschap. Onder invloed van het christendom dat door de kolonisatie werd opgedrongen, verdwenen deze rechten. Adebowale`s werk is een commentaar op de anti-gay law, die sinds 2014 in Nigeria van kracht is, op de onderdrukking van vrouwen en andere sociale misstanden. Over een onderscheid tussen zwart en wit wil ze geen uitspraken doen met haar werk, die indeling vindt ze een constructie van onderdrukkers. Het label Afrikaanse kunst is sowieso een discutabel punt zegt Van Deursen. `Veel kunstenaars zeggen: `Ik ben niet contemporary African, ik ben contemporary.` Je zegt toch ook niet contemporary European? Je bent kunstenaar, punt. Het idee van Urban Africans is niet om kunst in een vakje te duwen. Zeker niet. Meer puur om het onder de aandacht te brengen. En om stereotyperend denken over Afrikaanse kunst en over Afrikaanse steden te weerleggen.` 

Tyna Adebowale
Tyna Adebowale, Dandaudu Series, acryl op doek, 2017-2019